Wie de zolder ooit uitmestte, die weet het. Daar vind je de grootste schatten! Mu.ZEE zocht het wat lager en dook de kelderarchieven in. Meer dan 8000 kunstwerken worden er goed onderhouden, klaar om af en toe eens bewonderd te worden door het grote publiek. En daar zitten klinkende namen genre Ensor, Permeke en Delvaux tussen, maar evenzeer enkele verrassende kunstwerken met -vaak onterecht- minder faam. We maken hier alvast een lijstje van enkele paradepaardjes, maar kom ze vooral zelf ontdekken in ons museum.
Magritte hoort absoluut bij de gekendere Belgische kunstenaars, maar de man is zo veel meer dan zijn gekende zwevende appels en bolhoeden. Als rasechte avant-gardist exploreert Magritte het kubisme, futurisme en abstractie, waarbij hij constant de mysterieuze relatie tussen beeld en onderwerp uitdiept. Een schilderij is een afbeelding van iets, een portret of een naakte vrouw bijvoorbeeld, maar het is evengoed een oppervlak gevuld met vormen en kleuren in een bepaalde structuur. Die paradox komt mooi naar voor in Le Forgeron, een heel vroeg werk (1920) uit het repertoire van René Magritte.
Wist je dat er een kunstwerk op de maan staat? En dat het dan nog eens van Belgische makelij is? De astronauten van de Apollo 12-missie namen het aluminium beeldje Fallen Astronaut gemaakt door Paul Van Hoeydonck mee naar boven. Inclusief een gedenkplaatje met de 14 namen van omgekomen astronauten en kosmonauten. Astronaut David Scott plaatste in 1971 het beeldje omgevallen neer in het kraterlandschap, meteen het eerste en laatste kunstwerk op de maan. Van het beeldje bestaan maar 50 exemplaren, waarvan enkele reeds vernietigd of nog in de privécollectie van Van Hoeydonck. En eentje in Mu.ZEE!
Ken je dat gevoel, iemand tegenkomen op straat en die mens precies al eens gezien hebben? Wel, als je dat gevoel hebt bij De Windstoot van Léon Spilliaert, dan denk je misschien onbewust aan De Schreeuw van Edvard Munch. Daar zitten de ongebruikelijke lichtinval, de pastelkleuren en de onscherpte zeker voor iets tussen. Wie goed kijkt ziet de dame ook schreeuwen. Een schreeuw die verdwijnt in het geluid van de zee en de kracht van de wind. Spilliaert had trouwens een grote fascinatie voor de bijzondere relatie tussen vrouw en zee. Hij schreef ze een vergelijkbaar temperament toe.
Ooit al gehoord van naïef expressionisme? De fans zullen Edgard Tytgats naam wel kennen, voor de nieuwelingen; kijk eens goed naar De Verovering van Troje. De kunstenaar deelt zijn eigen bijzondere kijk op de bekende Griekse mythe. Geen Trojaanse paarden en soldaten met een gevoelig hieltje, maar kidnapping, bloot en moord. Zware topics, en toch slaagt Tytgat erin om een zekere kinderlijkheid in het werk te stoppen. Fantasierijke taferelen, zachte en heldere kleuren, hier en daar wat speelse erotiek, maar vooral een verhaal. Tytgat vond zijn inspiratie dus in oude epossen, maar evengoed in het dagelijkse leven, kermissen en het circus. Bekijk zeker ook eens zijn andere werken in Mu.ZEE.
Zijn naam doet anders vermoeden, maar Jules Schmalzigaug is een Belgische kunstenaar. Hij raakte gefascineerd door het Italiaanse futurisme tijdens een van zijn reizen. Nee, geen Nostradamische voorspellingen, maar beweging, licht en kleur op unieke manier naar de schilderkunst brengen. Zo probeert Schmalzigaug in het werk Beweging van een Danseres de danspassen van een dame uit verschillend perspectief neer te schilderen. Ritmiek, herhaling, scherpe en vage lijnen. Je kan het bijna als een stappenplan interpreteren. In andere werken probeert hij bijvoorbeeld het bruisende nachtleven en in kleur en lijn te vatten. Probeer gerust eens de dans na te bootsen, we zullen niet kijken.
Weet je nog, die puzzels in de kleuterklas, waarbij je een jongen of meisje kon aankleden met verschillende outfits? Misschien liet beeldend kunstenaar Jef Geys er zich wel door inspireren. Wat vast staat is dat Geys resoluut koos voor de anti-elitaire kant van kunst. Kunst is een weerspiegeling van het dagelijkse leven, en zijn werk Aankleedpoppen past naadloos in die filosofie. Het is een stevige aanklacht tegen de consumptiemaatschappij van de jaren ‘60. Let er ook op dat de man gekleed is, maar de vrouw niet. Kritiek op de seksualisering van de vrouw. Oorspronkelijk kon je de kledij van de poppen zelf gaan veranderen, maar het werk is nu te broos geworden.
Jacques Verduyn, die pakt je al eens graag in. Letterlijk. Net als Jef Geys haalt hij inspiratie uit de snel evoluerende consumptiemaatschappij, waarbij hij zijn kritische kijk vertaalt in gipsen afgietsels. Verduyn neemt zijn mallen rechtstreeks van het lichaam van zijn modellen, waardoor hij een levensecht en vol gedetailleerd werk krijgt. Dat realisme wordt verder versterkt met natuurgetrouwe kapsels, kledij en accessoires. Het Transistormeisje zit verveeld en sip naar een radio te luisteren, misschien heeft ze wel genoeg van die massamedia?
Panamarenko droomde er heel zijn leven van om op eigen kracht te kunnen vliegen en dat zie je uiteraard in zijn oeuvre. Omgebouwde fietsen met vleugels, gekke luchtballonnen en insectachtige UFO’s, de link met Da Vinci is niet ver te zoeken. Maar hij was ook gefascineerd door de Griekse figuur Icarus, die met zijn wassen vleugels te dicht bij de zon vloog en neerstortte. Met hout, zijde, draad en aluminium bouwde Panamarenko rugzakvliegtuigen, inclusief afgeplatte motor en brandstof. Maar of deze toestellen echt werken is een deel van het mysterie en de aantrekkingskracht.
Rachel Baes is op zijn minst een fascinerend figuur te noemen. Een troebele ziel die op 17-jarige leeftijd al exposeerde in het Parijse Salon des indépendants. Terecht, als je haar surrealistische en vooral beklijvende schilderijen bekijkt. Ze lijken zo uit de film Metropolis te komen, maar zijn vaak een reflectie van het onderbewuste, eenzaamheid en angst. Baes dweepte met filosofen, het fascisme en andere intellectuelen en liet die vaak terugkomen in haar kunst, zoals psychoanalyticus Freud in dit werk. Daarnaast schilderde ze vaak jonge meisjes die gepest werden of eenzaamheid trotseerden. Zelf stierf ze eenzaam en alleen in haar huis te Brugge, na een turbulent maar passievol leven.
Twee jaar geleden plakte kunstenaar Maurizio Cattelan een banaan met duct tape tegen de muur, een kunstwerk dat uiteindelijk voor 120.000 euro verkocht werd en wat later opgegeten. Maar ook Mu.ZEE heeft kaar kunstige banaan. Walter Swennen haalt zijn inspiratie uit het alledaagse en giet er een poëtische laag over. Daarmee omarmt hij de banaliteit, die hij rijker maakt met verschillende lagen tekst, borstelvegen en vooral veel improvisatie.